Gert van der Kolk - 06 51050119 info@oio.nl

PDF

Barrevoets

Bij de loodgieter thuis lekken de kranen, menige huisarts leeft ongezonder dan zijn of haar patiënten en the shoemaker’s children go barefoot… En, een beetje arroganter misschien: onder de vuurtoren schijnt geen licht. Uitdrukkingen die het curieuze verschijnsel beschrijven dat wat iemand voor een ander goed kan, hij voor zichzelf en zijn naasten (zoals collega’s) meestal niet op de mat brengt.

Misschien hield ook daarom de Action Learning Association Nederland, de ALA, ergens halverwege het vorige decennium jammer genoeg op te bestaan. Action Learning is beslist geen raketwetenschap, daar lag het niet aan – de vertrekpunten, basisprincipes en spelregels zijn overzichtelijk en concreet en bovendien redelijk gemakkelijk in de praktijk te beproeven. Maar action learning kwadrateren is lastig; een vereniging gaat nu eenmaal vertrekpunten, principes en spelregels beschermen, en dat verdraagt zich moeilijk met een corpus van praktijkkennis dat door zijn voortdurende toepassing continu van gezicht verandert. Hoe stol je iets dat au fond veranderlijk is, zou een interessante vraag voor action learning zijn geweest. En, daaraan voorafgaand: waarom wil je zo’n praktijk überhaupt stollen?

Te laat

Eerlijk gezegd bedacht ik dat pas toen het te laat was en ik door mijn weerstand tegen de gevestigde ALA-kaders tot inactiviteit was vervallen, waardoor ik mede zal hebben bijgedragen aan de ondergang van de vereniging. Jammer was dat wel, want de vereniging verzorgde bijvoorbeeld een professionaliseringstraject waarin men zich, begeleid door een ervaren collega, kon bekwamen in de action learningpraktijk.

Fris

Daarbij hoorde onder meer het vermogen tot fresh questioning, het kunnen stellen van vragen die niet gekleurd zijn door aannames over en zienswijzen op het probleem waar de vragen over gaan. Dat leek – en lijkt – me een onmogelijke opgave, maar alleszins de moeite van het proberen waard. Want juist doordat dat fresh questioning niet wil lukken, kun je die aannames en zienswijzen goed leren kennen en daarmee ook je vooringenomenheden in kaart brengen die een grondige aanpak en oplossing van het probleem in de weg staan.

Vergelijking

Vaak bewandelen we echter een veel minder productieve weg. Dan gebruiken we vragen om onze opvattingen over een onderwerp over het voetlicht te brengen.

Laatst organiseerde de Orde van Organisatiekundigen en –adviseurs voor haar leden een professionaliseringsmiddag over sociale innovatie. Een op dat onderwerp gepromoveerde wetenschapper vertelde daarover en stelde voor dat we zijn inzichten op onze eigen praktijk toepasten. Een uitgelezen kans, zou je zeggen, om de beroemde vergelijking van Revans (de bedenker van Action Learning) in praktijk te brengen, volgens welke L = P + Q. Oftewel: Leren (L, wat wij kwamen doen) is geprogrammeerde kennis (P, van de wetenschapper) plus inzicht in het stellen van vragen (Q, door zijn gehoor) *).

Vogeltje

Voor een beetje organisatiedeskundige gefundenes Fressen – om toe te passen bij de klant dan. Want bij de loodgieter thuis… Het kwam dus niet helemaal uit de verf. Met de kennis zat het wel goed, al is de makke van wetenschappers dat ze doorgaans eerlijk zeggen dat ze iets niet weten –goed voor de waarheidsvinding, maar de discussie valt als een dood vogeltje uit de lucht. Een grotere hindernis was dat de vragen uit het publiek niet bepaald fresh waren, maar wel heel goed de mening van de vragensteller weerspiegelden. “Ik vind dat…”, “In mijn praktijk…”, “Volgens mij is de essentie…”. Eh, wat was de vraag?

*) Zie bv. van Reg Revans: Action Learning op het werk. Amsterdam: Nieuwezijds, 2000