Gert van der Kolk - 06 51050119 info@oio.nl

Bijzaak

Ooit hoorde ik iemand praten over zijn manager als een “besluitvormend serviceorgaan”. Die manager had geen verstand van de inhoud, vond mijn gesprekspartner. Van andere zaken ook niet, maar je kon niet om hem heen en zijn enige nut was dat hij het handelen van zijn medewerkers faciliteerde door het nemen van besluiten. De manager als bijzaak – het leek me een betreurenswaardige positie.

Metafoor

In de loop van de tijd ben ik er een metafoor in gaan zien voor de rol waarin de overheid zich steeds vaker lijkt terug te vinden. Jaren van marktwerking, privatisering, bezuinigingen, concentratie op kerntaken en efficiencyslagen in de uitvoering tellen op tot een inhoudelijk faciliterende overheid die alle zeilen moet bijzetten om de uitvoerende taken risicobestendig vorm te geven. De overheid als besluitvormend serviceorgaan waarover iedereen eigenlijk ontevreden is en die daarom zijn kaarten zet op participatie van burgers/inwoners/bewoners, maar daarmee de cirkel van onvrede verdiept over haar facilitering en, om die onvrede te bestrijden, nog meer gaat faciliteren.

Onvrede

En het is nog niet klaar. Neem de plannen die de overheid heeft met de versterking van participatie op decentraal niveau door middel van een wetsvoorstel dat onder meer het uitdaagrecht wettelijk moet verankeren.  Dat moet inwoners in staat stellen taken van hun gemeente over te nemen als zij denken die beter of goedkoper te kunnen doen. Het lijkt me een loterij met louter nieten voor de overheid. Want bij wie regent de onvrede neer en wie mag de zaken rechttrekken als de straatlantarens / het groen / de vuilnisophaal na verloop van tijd toch niet beter of goedkoper blijken te zijn geregeld?

Stukgelopen

De overheid als besluitvormend serviceorgaan vinden we, in andere woorden, ook terug in Eva Rovers’ inmiddels veelbesproken “Nu is het aan ons”. Zij pleit voor burgerberaden om oplossingen te vinden voor grote vraagstukken waarop de traditionele manieren van politiek bedrijven en besluiten nemen zijn stukgelopen. Denk aan het klimaatvraagstuk, de energietransitie, het vinden van uitwegen uit de stikstofproblematiek. Stel door loting een groep burgers samen die een getrouwe afspiegeling vormt van de samenleving, leg hen een specifieke vraag voor, zorg dat ze zich goed kunnen informeren, maak en bewaak een gelijk speelveld voor de gesprekken en maak vooraf duidelijk hoe de politiek met de opbrengsten zal omgaan.

Tegengas

In de NRC van 18 juni gaf Annemarie Kok tegengas. Zij betoogt bijvoorbeeld dat het construct van een burgerberaad – 1 thema, een korte klap, aan alle kanten gefaciliteerd – niet lijkt op de rommelige, stroperige en complexe realiteit waarin de grote vraagstukken zijn ingebed. Dwingende vormen van burgerberaden beperken het vrije mandaat van gekozen volksvertegenwoordigers. Ingelote deelnemers kunnen niet door hun medeburgers ter verantwoording worden geroepen. Waarop Evelien Tonkens de argumentatie van Kok in de conservatieve hoek framet (NRC 21 juni) en stelt dat bezwaren tegen burgerberaden door  goede afspraken te maken kunnen worden ondervangen. Burgerfora “draaien niet om wat er allemaal mis is, maar om wat we daaraan kunnen doen.”

Gemankeerd

Mij lijkt een risico dat je met burgerberaden het hart van de democratie – een geritualiseerde ideeënstrijd om de verdeling van schaarse middelen met het algemeen belang scherp in het vizier  – niet repareert en versterkt maar verplaatst naar een ogenschijnlijk machts- en manipulatievrije arena, waardoor wat achterblijft een besluitvormend serviceorgaan in het kwadraat zal zijn. Een gedemonteerde en gemankeerde overheid, waarover het ongenoegen alleen maar zal groeien