Bergson
In de etalage van de boekhandel ligt Henri Bergson onontkoombaar uitgestald. Zijn Tijd en vrije wil, in een mooie gebonden uitgave. Een introductie op zijn werk, door Hein van Dongen. En in de buurt ligt Stil de tijd van Joke Hermsen, dat in 2009 verscheen en waarin zij een mooi hoofdstuk heeft geschreven over Bergson en zijn filosofie van de kloktijd en de tijd als duur.
Klok
Het lijkt me geen toeval dat zulke boeken letterlijk en figuurlijk in de etalage worden geplaatst als de zomervakanties aanbreken. Als we moeten werken hebben we geen tijd om ze te lezen, we hebben andere dingen aan ons hoofd – er gaan maar 24 uren in een dag en die moeten we verdelen over zaken doen, sporten, het huishouden ronddraaien, vrijwilligerswerk, politiek, partner, kinderen, (zelf)studie, de krant, Nieuwsuur. Voor zaken die tijd vergen (en dat zijn opvallend vaak dingen met “tijd” in de titel, zoals de boeken van Hermsen en Bergson, of Proust met zijn Op zoek naar de verloren tijd) schiet geen tijd over als we leven met de kloktijd die mechanistisch en lineair verloopt, verstandelijk reagerend en handelend op prikkels uit de omgeving.
Duur
In de vakantie gaat dat anders, althans dat hopen we, en kunnen we ons, bevrijd van verplichtingen, overgeven aan een boek dat om aandachtig lezen en nadenken vraagt (of aan een vergezicht, een mijmering, een …). Op enig moment kijken we verbaasd op en constateren dat de tijd met ons op de loop is gegaan. We hebben voor even de tijd als duur ervaren.
Haast
Tot de reeks dilemma’s die we in de loop der jaren bij procesmanagers hebben verzameld hoort ook het kunnen schipperen met haast en geduld, en het onderscheid tussen kloktijd en tijd als duur doet me daaraan denken. Bij haast hoort tijdsdruk, het nakomen van verplichtingen en het gestand doen van beloften om prestaties te leveren conform specificaties, tegen het afgesproken budget en op het overeengekomen tijdstip. Bij haast hoort ook de grote druk van de kleine marge, de doorberekenbaarheid, het snel afleggen van de, liefst lineaire, route van A naar B, het vlot doorschakelen naar het volgende project terwijl het vorige nog wordt afgerond.
Geduld
En overigens is daar niks mis mee, zolang er ruimte is voor zaken die om geduld vragen – van de procesmanager, van betrokken personen en partijen, van de opdrachtgever. Dan gaat het bijvoorbeeld om investeren aan de voorkant: het nauwkeurig onderzoeken van de vraag van de klant, het verkennen en waarderen van de kleinste risico’s, het vinden van criteria waaraan alle betrokkenen hun tevredenheid kunnen afmeten. Aan de achterkant: het met zorg en aandacht evalueren van verloop en afloop van een klus, daarvan leren voor een volgende keer, die ervaringen boekstaven en aan anderen doorgeven. En niet in de laatste plaats gedurende de looptijd van een proces –het zoeken naar mogelijkheden, alternatieven, varianten; het bestendig reflecteren op en bijstellen van het handelen van jezelf en van anderen, en het voeren van een professioneel gesprek daarover om het geleerde te verduurzamen.
Terug
De ervaring van geduld en haast als dilemma komt voort uit het misverstand, dat wat geduld vraagt een verlies van lineaire tijd, dus geld, zou zijn. Maar die geduldszaken vragen eerder om de mentale gesteldheid, ergens aandacht aan te geven. Meestal krijg je er dan veel, ook lineaire tijd, voor terug.