Verlangen
Een bestuurder met wie ik veel te maken had, hield nauwgezet bij hoe vaak hij in de lokale kranten kwam, zowel absoluut als in vergelijking met zijn collega’s. Het was voor mij de kunst, door die ijdelheid heen te kijken die verder ging dan “sta ik wel goed op de foto?”. Er zat het verlangen achter, als bestuurder resultaat te boeken en gezien te worden. Dat was, wat die bestuurder in de verkoop had. En dat was, waarin ik hem kon faciliteren.
Top Dog
Moeilijk is het doorgaans niet om in een spelersveld de top dog te onderscheiden. Die staat op het toneel, is het uithangbord, de beslisser. Daar kan er maar één van zijn. Geen top dogs is een machtsvacuüm. Twee top dogs is geen gedeeld leiderschap, maar een (uitgestelde) strijd om de macht.
Sfeermakers
Van sfeermakers is moeilijker een beeld te krijgen. Toch heeft Iedere top dog in zijn omgeving een of meer mensen die hem goede raad influisteren, aansporen tot actie, afremmen in haar dadendrang, de deals voorbereiden en hapklaar opdienen, de achterban oplijnen, de top dog presentabel het toneel opduwen en zo nodig het vuur trekken dat hem zou kunnen beschadigen. Een top dog zonder sfeermakers loopt het risico te vereenzamen, bij gebrek aan tegenspraak zijn ego te inflateren en daarmee de leegte te vullen. Een sfeermaker staat liever in de coulissen, werkt graag in de schaduw. Daarin gedijen de zaken die hij doet, en daarmee hijzelf, het beste.
Wisselwerking
Over top dogs in de publieke en private sector zijn boekenkasten volgeschreven. Logisch, zij staan in de schijnwerpers en hebben een grote naamsbekendheid. Wellicht omdat ze versluierd opereren is over sfeermakers veel minder gepubliceerd. Laat staan dat over de wisselwerking tussen beiden veel is geschreven. Gek eigenlijk: leider en schaduwleider, top dog en sfeermaker, eerste en tweede man – het zijn relationeel bepaalde rollen en posities. De een heeft geen betekenis zonder de ander.
Schaduwleiders
Dat maakt het boek Schaduwleiders van Kees Versteegh bijzonder. Hoewel de titel anders doet vermoeden stelt hij de dynamiek tussen leider en schaduwleider, tussen top dog en sfeermaker, juist wél centraal. De samenwerking van Woodrow Wilson en Edward House gebruikt Versteegh om een kader te ontwikkelen. Daarna analyseert hij de politieke duo’s Ruud Lubbers / Jan de Koning, Diederik Samsom / Jeroen Dijsselbloem en Mark Rutte / Edith Schippers. Uitvoerig bespreekt Versteegh de diverse rollen van de tweede man (zoals zielzorger en koersbewaker), de redenen van leider en schaduwleider om samen op te trekken en de risico’s waardoor hun samenwerking op de klippen kan lopen.
IJdelheid
Ook de ijdelheid komt, bijna terloops, langs. Versteegh laat Edward House aan het woord, die zei dat niet geld het machtigste wapen is van een politicus, maar “…het vermogen om op iemands ijdelheid in te spelen”. House was er zelf ook erg goed in, schrijft Versteegh. Het lijkt me inderdaad een van de krachtigste instrumenten van een sfeermaker of tweede man. En een goede sfeermaker weet dan dat je niet als de eerste de beste tweedehandsautoverkoper je top dog de hemel in moet prijzen. Dat beklijft niet. Een goede verkoper laat de ander iets kopen naar diens beeld en voorstelling. Met andere woorden: een effectieve sfeermaker ziet de belangen en behoeften achter de ijdelheid van de top dog, helpt die realiseren en streelt daarmee in een moeite door zijn eigen ijdelheid.