Gert van der Kolk - 06 51050119 info@oio.nl

Op touw

Vandaag bestaat OIO op de kop af 25 jaar. Op donderdag 6 mei 1999 tekenden Marie-Josée en ik ons vennootschapscontract. Daarmee formaliseerden we een samenwerking die we in de zomer van 1998 besloten op touw te zetten. Marie-Josée is er niet meer, ze is “verdwenen”, om met K. Schippers te spreken, en dat maakt het een mijlpaal met gemengde gevoelens.

Schelpen

Dat doet aan de behoefte om te tellen kennelijk niet af, waardoor ik me afvraag waar die vandaan komt. Ik denk dat het een manier is om grote getallen te hanteren. Gooi drie, vier, vijf, zes schelpen in het zand en we hebben aan een oogopslag genoeg om te zien hoeveel het er zijn. Zeven is op het randje, elf gaat al niet meer, laat staan 17 of 23…

Oogwenk

En 25 jaar gaan in een oogwenk voorbij, maar staan tegelijk voor een oceaan van tijd waarin een niet te beschrijven hoeveelheid dingen gebeuren – daar krijg ik niet zomaar mijn armen of mijn hoofd omheen. De tijd verdicht zich en rekt zich uit en ik vermoed dat we in jubilea denken om dat hanteerbaar te maken, en dat daarom jubilea veelvouden van lustrums zijn: overzichtelijke periodes van 5 jaar, een mooi priemgetal – 3 jaar zijn er net te weinig, 7 zijn er net te veel.

Laden

Waarmee ik maar wil zeggen dat tellen óók een vorm van begrenzen is. Het begint ermee dat iets een duidelijk herkenbare eenheid moet zijn om geteld te kunnen worden – een dag, een jaar, een munt, een stem. Tellen is dus ook onderscheiden, door te tellen kun je categoriseren en classificeren, indelen en waarderen. Als we gebeurtenissen tellen maken we er data van, waarin we patronen kunnen zien om er informatie van te maken, die we met betekenis kunnen laden waardoor kennis ontstaat. Wanneer ik iemand zie tellen vraag ik me altijd af, wat hij waarom en op welke manier telt.  Want als ik het zwaar aanzet vind ik tellen een machtshandeling – en op z’n minst is het nooit waardevrij.

Veelheid

Dus waarom tel ik het aantal jaren van de zaak en schrijf ik er een stukje over? Uit verwondering: goh, hadden we, had ik, dat in 1999 gedacht?! Uit verdriet ook, want ik had het jubileum graag met Marie-Josée gevierd. Uit trots, want 25 jaar stelt wel wat voor in een veld dat borrelt en schuimt van de initiatieven die komen en gaan. En uit de eeuwige behoefte om zo’n veelheid aan gebeurtenissen overzichtelijk en hanteerbaar te maken.

Geruststellend

Vijfentwintig is vijf periodes van vijf jaar. Door er zo naar te kijken worden de kenmerken van elke periode zichtbaar én de constanten waardoor elke periode is verbonden met de andere. De opdrachtgevers, klanten, deelnemers. Procesmanagement als inhoudelijke en methodische rode draad door praktisch alle activiteiten. Het voortdurende schaven aan de ontwikkeling van dat vak. En het hechte fundament dat we metselden door een zorgvuldige en haast mateloze investering in samenwerking.

Het vak is een blijvende boeiende uitdaging. Onze samenwerking is een zeer tastbare herinnering, het resulterende fundament een geruststellende realiteit. En daar wijd ik graag een feestelijke jubileumgedachte aan.