Negende
Van alle beoefenaars van de negende kunst zijn André Franquin en Jean Giraud (a.k.a. Gir, a.k.a. Moebius) me het dierbaarst. Moest ik naar dat onbewoonde eiland, dan stopte ik hun werk in mijn koffer en verzaakte ik alle andere tekenaars die me lief zijn. Want op de tekeningen van Franquin en Giraud raak ik niet uitgekeken, hoe vaak ik ze ook bekijk.
Vaart
Bij alle verschillen in stijl en thema hebben Franquin en Giraud gemeen dat zij de kunst om elke tekening vaart te geven tot in de puntjes verstaan. Zo goed zijn ze daarin, dat zelfs een tekening van stilstand de belofte van beweging meedraagt.
Hoe doen ze dat? Hoe creëer je met gefixeerde lijnen en in het platte vlak zoveel beweging dat de mensen en de dingen van het papier lijken te lopen, dwarrelen, springen, vliegen? Zo’n beweging die je oppakt, meeneemt en ergens anders weer neerzet? Materiaalgebruik, vlakverdeling, perspectief, het spel van licht en donker, door noeste arbeid verworven vakmanschap en overvloedig veel talent spelen daarin allemaal mee.
Getimed
Maar er is meer. In de vakantie nam ik de tijd om de eindelijk verschenen Engelse vertaling te lezen van de oorspronkelijk in het Frans uitgebrachte interviews die Numa Sadoul in de loop van vele jaren heeft gehouden met Giraud. Daarin zegt de Franse meester: “Music is tone in its pure state, an instant, a moment. People who make comics are well acquainted with that. You have to choose the “magic moment” in each panel: two seconds earlier or later, that’s all it takes to ruin everything. All cartoonists make use of this temporal factor, whether consciously or not…”
Elke tekening moet precies goed getimed zijn en elk beeldverhaal is een opeenvolging van raak getimede tekeningen. Gaat daarin iets mis dan klopt de tekening niet en valt het verhaal, als een slechte wijn, uit elkaar.
Muziekweergave
Het doet me denken aan de al even nerdige wereld van de muziekweergave, waarin het gaat om PRaT: Pace, Rythm and Timing. Als de muziek niet tot leven komt, aan de luidsprekers blijft kleven, zo plat als een dubbeltje klinkt, niks bij je los maakt, dan klopt er negen van de tien keer iets niet in wat het muzieksysteem doet met tempo, ritme en timing. Elke maat moet in die opzichten raak zijn, zo niet, dan valt de muziek al net zo uit elkaar als een verkeerd getimede tekening.
Snelheid
Het mag dan vakantie zijn, natuurlijk trek ik de parallel met de wereld van procesmanagement. Die draait om het organiseren van doel- en resultaatgerichte samenwerking. Processen ontwerp en bestuur je methodisch-technisch transparant en navolgbaar – zodat je wat je doet altijd voor beter kunt geven. Eén van die stuurvariabelen draait om snelheid, een verzamelterm voor tempo (de snelheid van je processtappen ten opzichte van een referentiepunt – denk aan fatale termijnen, besluitvormingsprocedures, beloftes), ritme (een zekere regelmaat die de voorspelbaarheid van het proces vergroot) en timing (het vinden van precies het goede moment voor je interventies).
Ook hier: valt het proces uit elkaar, is de sjeu eraf, hobbelt het pruttelend en ongeïnspireerd door, dan is de kans groot dat je wat aan de PRaT moet doen om de vaart er weer in te krijgen: knutselen aan tempo, ritme en timing.